Media
De harde realiteit van de Palestijnen
Palestina in beeld
Door de jarenlange oppervlakkige berichtgeving van Westerse media is het lastig een correct beeld te krijgen van de grove mensenrechtenschendingen door de Israëlische bezetters in Palestina.
Door de komst van de mobiele telefoon en sociale media is hier verandering in gekomen.
Wij zijn op deze pagina bezig om een lijst van verschillende bronnen te verzamelen die extensief verslag doen en bovenop de Palestijnse zaak zitten.

Mohammed en Muna El-Kurd

[verzetshelden] [influencers] [sprekers]
Door middel van hun online posts en media-optredens bieden broer en zus-activisten Mohammed en Muna El-Kurd de wereld een kijk in het leven onder bezetting in Oost-Jeruzalem, Palestina. Door actief de feiten te verspreiden helpen ze een internationale verschuiving in de retoriek met betrekking tot Israël en Palestina op gang te brengen.
Geëerd door Time Magazine.

Ghassan Kanafani
[verzetsheld] [docent] [schrijver] [spreker] [journalist]

In Beiroet, op 9 juli 1972 – 50 jaar geleden – stapte Ghassan Kanafani in zijn auto met zijn 17-jarige nicht Lamees,
draaide de sleutel om en ontstak een autobom die was geplaatst door de Israëlische Mossad. Hij en Lamees waren op slag dood.
Maar wie was Ghassan Kanafani en waarom was de Israëlische staat zo vastbesloten hem te vermoorden?
Geboren in Akka, Palestina
,,, in 1936. Zijn vader was advocaat en vocht sinds 1917 tegen de Britse onderdrukking. In de Nakba van 1948 moesten hij en zijn familie, onder druk van zware beschietingen en een opzettelijke typhusbesmetting van het drinkwater, in op de boodschap uit luidsprekers van de Zionistische Hagana: vlucht of vindt de dood. Ze belanden via Libanon in Damascus, Syrië, om daar als Palestijnse vluchtelingen te leven.
Na een studie Arabische literatuur aan de Universiteit van Damascus, werd Kanafani leraar in de Palestijnse vluchtelingenkampen. Daar begon hij korte verhalen te schrijven, beïnvloed door zijn contact met jonge kinderen en hun ervaringen als staatloze burgers…
In 1960 verhuist hij naar Beiroet, Libanon, waar hij redacteur werd van verschillende kranten. Hij trouwde met Deense journaliste Anni Høver en publiceerde de roman Men in the Sun. Na 1967 wordt hij actief woordvoeder van Popular Front for the Liberation of Palestine.

Zijn vrouw Anni woont nog steeds in Libanon en leidt de Ghassan Kanafani Cultural Foundation die kleuterscholen, kinderbibliotheken, centra voor kinderen met speciale behoeften en andere kinderactiviteiten beheert in zes van de twaalf Palestijnse kampen in Libanon.

Ghassan bleek een geboren verzetsleider
…,hij bedacht de term “resistance literature” om een schrijfgenre te beschrijven dat zijn lezers aanmoedigde om hun onderdrukking te erkennen, om weerstand te bieden en samen te vechten voor een betere toekomst.
Hij publiceerde veel over literatuur en politiek, waarbij hij zich richtte op de Palestijnse bevrijdingsbewegingen en de vluchtelingenervaring, en hij hield zich ook bezig met wetenschappelijke literaire kritiek en publiceerde verschillende boeken over Palestijnse en Israëlische literatuur van na 1948. Een pen in het oog van de bezetter.
In Israël wordt hij herinnerd als een terrorist, maar de Palestijnen vieren hem vanwege zijn literaire vaardigheid en zijn tedere weergave van hun strijd. Zijn verhalen legden de basis voor andere Palestijnse auteurs die hielpen bij de ontwikkeling van zijn concept van “resistance literature”.
In zijn overlijdensbericht noemde de Libanon-krant The Daily Star Kanafani een “commando die nooit een pistool heeft afgevuurd, wiens wapen een balpen was, en zijn arena, krantenpagina’s.”
Naji Salim Hussain Al-Ali
Prior to his murder, Naji Al-Ali published over 40,000 political cartoons in Arab newspapers, where his vitriolic satire took aim at Israel and the Palestine Liberation Movement, as well as Arab and Western countries. He made many enemies along the way.
His most iconic character is Handala, a refugee child who is always shown with his back turned to the reader “in protest of the world’s complicity in the occupation of Palestine”.
Mr Al-Ali’s personal connection to Handala is well documented. He said: “Handala was born 10 years old, and he will always be 10 years old. At that age, I left my homeland. When he returns, Handala will still be 10. And then he will start growing up.”